Riet. Of niet?

Hoog gespriet, buigend in de wind, in smalle linten, brede zomen en wuivende eilanden: Riet. In soorten en maten bevolkt het ondiep water, sloten, vaarten en plassen. Maar slechts één kan de echte zijn, dat wil zeggen: de waterlievende telg van de grote grassenfamilie die zijn naam leent aan een brede variatie van hoge waterplanten, het echte Riet dus, dat zich met niets ontziende wortelstokken tot enorme velden uitbreidt en vanuit het water ook regelmatig het land op trekt. Een late bloeier, maar dan wel tot in de herfst getooid met grote, donkerviolette pluimen.
Het 'echte' Riet, Phragmites australis, heeft tot 3 meter lange, gelede stengels met korte, relatief brede bladeren en doet daarmee - met een beetje fantasie - aan bamboe denken. Ook de snelle uitbreiding en snelle groei doen daar aan denken en door die eigenschappen - maar ook doordat het niet snel vergaat - is riet veel gebruikt als dakbedekking. Vroeger vooral door bewoners die zich geen pannen konden veroorloven en het moesten doen met het alom tegenwoordige en dus goedkope riet; dezer dagen door bewoners die zich juist veel kunnen veroorloven.

Een tweede bekende 'riet'-plant is de Lisdodde, Typha latifolia (foto 2). Deze Grote Lisdodde vormt samen met de Kleine Lisdodde - die even hoog is, 2,5 tot 3 meter, maar smallere bladen heeft - de bescheiden Lisdoddefamilie. De kenmerkende 'rietsigaren' zijn de vrouwelijke bloei-aren waarin de pluizige zaden worden gevormd. De wat rafelige mannelijke bloei-aren zitten daar direct boven, maar zodra zij hun bestuivende taak hebben volbracht verdwijnen zij en zijn nog slechts de bruine sigaren te zien. Tot ver in de winter, want dan pas vallen zij als zaadpluis uit elkaar.
De derde hoge spriet is de Mattenbies, Scirpus lacustris (foto 3). Dit is een tot wel 3,5 meter hoge vertegenwoordiger van de familie der biezen en zeggen, de Cyperaceae. Hij wordt ook wel 'stoelenbies' genoemd, omdat hij veel werd gebruikt voor het vlechten van 'rieten' stoelzittingen. In ondiepe plassen kan hij eilanden vormen, maar hij is ook langs vele oevers te bewonderen. Dan valt ook de bloeiwijze op: een bosje gesteelde aartjes met daaromheen stervormig uitstaande puntblaadjes.

Tags: