Lang blijven plakken...

Als je ze ziet is het meestal onverwachts. Langs de straat, als je toevallig omhoog kijkt. Of langs de snelweg, als je blik afdwaalt naar de voorbijschietende bomen. Maar niet voordat het overige blad van de bomen is gewaaid of gewoon uit zichzelf gevallen. Het lijken wel motten om een lamp, deze bladeren die in plaats van te vallen rondom de kop van een straatlantaarn blijven cirkelen. Of nee, ze zitten gewoon nog aan hun takken. Langer dan de rest en precies daar. Alsof ze zich, terwijl de kou het land binnentrekt, warmen bij een vuur en het daardoor nog een poosje volhouden.

Maar het is niet de warmte die ze zoeken. In het najaar is niet de warmte, maar vooral de afname van de hoeveelheid licht - het korter worden van de dagen - wat de bomen er toe aanzet om hun bladeren te laten vallen, nadat daar eerst  de nuttige stoffen uit weg zijnn gehaald. Bij de aanhechting van de bladsteel aan de tak vormt zich een afsluitend laagje, waar het blad dan loslaat. Maar bij bladeren die vlakbij een straatlantaarn hangen en het kunstlicht wat compensatie biedt voor de kortere dagen, wordt dat proces uitgesteld. Die bladeren blijven dus langer hangen, als bladmotten zwermend om het licht.